De PVV zal een motie van wantrouwen tegen wethouder Duivesteijn indienen. Het staat voor de PVV fractie vast dat de wethouder bij de behandeling van het ontwikkelingsplan Olympiakwartier en bij de 1e partiële wijziging van het bestemmingsplan Poort, de raad niet, althans onvoldoende heeft ingelicht over het feit dat daardoor reguliere detailhandel mogelijk werd. De PVV is tot die slotsom gekomen na bestudering van alle beschikbare documenten.
In het voorstel aan B&W van 11 november 2009 staat te lezen:
"het karakter van de herziening is primair van juridisch technische aard. Het doel is om het bestemmingsplan marginaal bij te stellen en hiermee te verbeteren. De bestemmingsplan herziening bevat dan ook louter tekstuele aanpassingen en ondergeschikte inhoudelijke zaken".
Dit is dus absoluut niet waar. In de 1e partiële wijziging is immers mogelijk gemaakt dat reguliere detailhandel wordt gevestigd in Olympiakwartier Oost. Het verklaart wel waarom de ondernemers en wethouder Ben Scholten tot voor kort in de veronderstelling verkeerden dat er nog altijd slechts sprake was van de mogelijkheid van thematische detailhandel. In dit geval onder de noemer 'sport en leisure'. Opvallend is dat is afgezien van de mogelijkheid van inspraak. Bij een duidelijke beleidswijziging zoals verspijkerd in de wijziging van het bestemmingsplan had inspraak mogelijk gemaakt moeten worden.
Ook uit overige documenten blijkt dat raad en inwoners op het verkeerde been zijn gezet. In een checklist voor intern gebruik staat:
"kleine bijstellingen van de voorschriften beogen dergelijke onwtikkelingen in een eerste fase van bouwontwijking mogelijk te maken 'Mede hiervoor is ook de grens tussen Olympia Officepark en Olympiakwartier gecorrigeerd. Confom het ontwikkelingsplan voor Olympiakwartier is detailhandel zowel het oostelijk als het westelijk deel van Olympiakwartier mogelijk gemaakt waarbij het metrage in het oosten aan een maximum is geboden"
Deze checklist is niet aan de raad ter inzage gegeven bij de besluitvorming over de wijziging van het bestemmingsplan. Deze zin had raadsleden aan het denken kunnen zetten maar de wethouder heeft deze informatie aan de raad onthouden.
Opmerkelijk is verder dat in het concept ontwerpbestemmingsplan, 1e partiële wijziging met betrekking tot de wijziging van de bestemming in Olympiakwartier Oost een ander voorschrift staat dan in het bestemmingsplan 1e partiële wijziging dat aan de raad is voorgelegd. In het concept staat als wijziging voorgesteld (pagina 5 onder 8):
"Onder "functies" in tabel 7 worden na de functie "thematische detailhandel" de functies "bedrijven tot max cat. II SvI, detailhandel," ingevoegd"
maar in het plan dat aan de raad werd voorgelegd staat:
"Onder "functies" in tabel 7 worden na de functie "thematische detailhandel" de functies "bedrijven, detailhandel, gemengde gebouwen " ingevoegd"
De slotsom is dat de raad op een cruciaal moment niet op een duidelijke en heldere wijze door de wethouder is geinformeerd over het feit dat met de wijziging van het bestemmingsplan impliciet wijziging van beleid mogelijk werd gemaakt. In het bestemmingsplan van 2007 werd duidelijk gekozen voor thematische detailhandel uit het oogpunt van het vrijwaren van de ondernemers in het stadshart voor te veel concurrentie. Zonder de raad vervolgens daarover duidelijk te informeren is dat uitgangspunt met de wijziging in 2010 verlaten. Daarmee is het beleid gewijzigd en daarover had wethouder Duivetseijn de raad moeten informeren.
De PVV vindt het onbegrijpelijk dat de VVD op dit dossier de hand boven het hoofd van wethouder Duivesteijn houdt. De VVD vervreemdt zich op deze wijze steeds verder van haar traditionele ondernemersachterban en praat het verzwijgen van belangrijke informatie aan de raad goed. De hele stad inclusief wethouder Scholten is op het verkeerde been gezet en de coalitiepartijen vinden het goed. Van een betrouwbare overheid is hier geen sprake meer en de verantwoordelijk wethouder is voor de PVV fractie niet meer geloofwaardig.